De werelden van Narnia: de geologie van een filmlocatie.
De filmserie The Chronicles of Narnia van C.S. Lewis bekoort zowel kinderen als volwassenen. Via deze denkbeeldige wereld betreden we betoverende, surrealistische landschappen. We nemen je mee op een wandeling door de zandsteenbergen van het Broumovsko Natuurreservaat in Tsjechië om te ontdekken dat de landschappen van Narnia niet enkel in een fantasiewereld bestaan. Ze zijn echt. En de geologie van Narnia is minstens even intrigerend.
Tekst 2020
Dorothea Eue. Bewerkt en vertaald door: Kathelijne Bonne. Read the English version.
Filmregisseurs van grote kaskrakers kiezen spectaculaire filmlocaties, zoals Mount Ngauruhoe in Nieuw-Zeeland als Mount Doom voor Lord of the Rings. Zulke plaatsen krijgen een mythisch allure en worden toeristische trekpleisters. Voor Narnia kozen de filmmakers de minder bekende maar niet minder mooie landschappen van Boheems Zwitserland in Tsjechië. Dit artikel beschrijft het sprookjesachtige Narnia-landschap en zijn natuurlijke geschiedenis. We trekken helemaal van het dorpje Teplice na Metuji, via de Poort van Narnia, naar Adršpach.
Zandsteenlabyrint
In het noordoosten van Tsjechië, vlakbij de Poolse grens, bestaat de ondergrond uit zandsteenafzettingen die doorlopen tot in Polen en Duitsland. Dit zandsteengebied maakt deel uit van het Elbezandsteengebergte (Elbsandstein Gebirge in het Duits of Labske Piskovce in het Tsjechisch). Ook de natuurreservaten van Klein Zwitserland en het Boheems Paradijs liggen binnen dit zandsteengebied en zijn UNESCO Werelderfgoed. Het zijn populaire bestemmingen voor wandelaars, fietsers en klimmers. De minder bekende van deze zandsteengebieden bevinden zich nabij het dorp Adršpach in het Broumosvko natuurreservaat (Brauner Bergland in het Duits of Chko Broumovsko in het Tsjechisch).
Het zandsteenlandschap is een doolhof met diep uitgesleten rotsen in de vorm van zuilen, muren, kliffen, balancerende keien en andere bizarre vormen. In de kloven heerst een microklimaat dat de temperatuur rond het vriespunt houdt ondanks een normale zonnige lentedag. Hier en daar ligt een homp sneeuw. Omhoogkijkend naar de afzonderlijke rotsformaties zien we gezichten, lichamen, dieren, enz. Aan het einde van de tocht richting Adršpach ligt de poort van Narnia. Dit sprookjesachtige monument doet vaag denken aan beelden van boeddhistische tempels, zoals Angkor Wat in Cambodja, zo vreemd en zo on-Tsjechisch.
De poort werd in 1839 gebouwd door de heer Ludvík Karel Nádherný als tweede toegangspoort tot het stenen doolhof. Destijds moesten bezoekers die dit landschap wilden betreden een toegangsprijs betalen.
Het Boheemse Krijtbekken
Hoe is deze zandsteen gevormd? In de eerste plaats wordt zand gevormd doordat bergen en hooggelegen terrein langzaam begint af te slijten door regen, vorst, wind, plantenwortels en bodemorganismen. Het losgekomen sediment (kleine stukjes gesteente), o.a. zand, wordt vervolgens door rivieren meegevoerd en stroomafwaarts afgezet in laaggelegen, vlakke gebieden. Zulke gebieden bevinden zich vaak bij de kust of in de zee, waar het zand wordt 'herverdeeld' door de golven en de zeestromingen. Na lange tijd versteent zand en dan krijg je zandsteen.
In het geval van de Poort van Narnia en omgeving, werd het zand afgezet in het tijdvak van het Laat-Krijt (van 100 tot 86 miljoen jaar geleden), in een grote depressie of bekken, bekend als het Boheemse Krijtbekken. Deze oude depressie strekte van Dresden over het gebied ten noorden van Praag naar Svitavy (een stad op ongeveer 70 km ten noorden van Brno).
Geologische processen
Het Boheemse Krijtbekken ontstond als gevolg van de botsing van kleine stukjes aardkorst (tektonische platen) uit Afrika, met het grotere Europa. Deze botsing vormde uiteindelijk de bergketen die zich uitstrekt van de Alpen, de Karpaten en het Tatragebergte.
Wanneer twee tektonische platen tegen elkaar botsen, zoals nog steeds het geval is tussen Afrika en Europa, 'duikt' een van beide platen onder de andere naar beneden en zakt weg naar het binnenste van de aarde, in een mechanisme dat wordt beschreven als subductie. Door de hitte en de wrijving die de duikende plaat ondergaat, smelt een deel van het gesteente. Het magma die zich daardoor vormt, zet uit en stijgt. Als het magma het oppervlak bereikt, ontstaan vulkanen. Daarom zijn veel bergketens bezaaid met vulkanen. Verderop, weg van het hooggebergte, zorgt de 'duikende' tektonische plaat ervoor dat de bovenliggende plaat verzwakt, dunner wordt en inzakt, waardoor een depressie in het landschap ontstaat. Zo vormde zich het Boheemse Krijtbekken, ten noorden van de grote bergketen.
Geen beginpunt
Maar als een geologisch proces plaatsvindt, gebeurt dat altijd op een reeds bestaand landschap met een nog oudere geologische geschiedenis. Geologen zeggen meestal dat processen in de aardwetenschappen geen specifiek beginpunt hebben. De evolutie van een gebied wordt altijd beïnvloed door eerdere gebeurtenissen.
Het Boheemse Krijtbekken ligt ingesloten tussen de massieven of hoog-plateaus die zich lang vóór het Krijt vormden, namelijk tijdens het Devoon en het Carboon (390 tot 290 miljoen jaar geleden). Deze massieven maken deel uit van de zeer oude Hercynische gebergteketen (een term bedacht in 1880 door Eduard Suess), die vroeger van Europa tot in de oostelijke Verenigde Staten strekte. De Hercynische massieven in de buurt van het Boheemse Krijtbekken zijn de Sudeten en het Rijnlands-Boheems massief. Ze bestaan hoofdzakelijk uit graniet. Tijdens het Krijt werden deze graniethooglanden blootgesteld aan wind en regen, waardoor het graniet langzaamaan verkruimelde tot zand. Deze rivieren voerden het zand naar het laaggelegen Boheemse Krijtbekken, waar het zich afzette en de beroemde Adršpachy-zandsteenafzettingen vormde.
Overspoeld door de zee
Het Boheemse Krijtbekken was toen een vlakte waarin meerdere riviernetwerken, met bronnen in de granietbergen, zich vertakten in de richting van de zee. Door de afzonderlijke kristallen in de zandkorrels te bestuderen, kunnen geologen zien uit welk soort omgeving (rivier of zee) het zand komt. Vooral de aanwezigheid van schelpen suggereert een mariene oorsprong.
Was er dan een zee in Centraal-Europa? Ja, de Tethys Oceaan, de voorloper van de Middellandse Zee, overspoelde tijdens het tijdvak van het Laat Krijt grote delen van Europa. Het zeeniveau was toen veel hoger dan nu. Enkel de bergen van Europa piepten als eilanden uit boven het niveau van de Tethys. Ook delen van het Boheemse Krijtbekken stonden onder water.
Maar het Afrikaanse continent bleef tegen Europa duwen (dat doet het nog steeds) en de bergketen breidde zich uit tot buiten de oorspronkelijke locatie. Daardoor werd 35 miljoen jaar geleden, tijdens het Eoceen, ook het Boheemse Krijtbekken opgeheven. Dit betekent dat het niet langer een bekken was, maar dat het sindsdien een hooggelegen gebied of plateau is, blootgesteld aan weer en wind. De hoogteligging bedraagt nu zo'n 500 tot 700 m boven de zeespiegel. De zandsteen van het Krijt raakten verzadigd met zout grondwater, een agressieve oplossing die, geholpen door rivieren, regen, hagel en wind, alles wat niet extreem resistent is, heeft uitgesneden.
Werking van ijs
Maar de sterkste kracht die verantwoordelijk was voor het "modelleren" van het Adršpachy-zandsteenlandschap, was de werking van ijs. Geologisch gezien bevindt onze planeet zich nog steeds in een ijstijd of een koude periode (met de polen gehuld in ijskappen). Water zet uit als het bevriest. Dus als de poreuze zandsteen verzadigd raakt met water, en daarna bevriest, dan verkorrelt het gesteente. Dit gebeurde gedurende de laatste 2 miljoen jaar, waardoor alleen nog maar blokken, keien en zuilen bleven staan als overblijfselen van een oud zandstenen 'bos'. Sommige van de zuilen rijken wel 100 m boven de regio. Elke zuil vertelt een eigen verhaal en je kunt er over lezen als je door het zandstenen doolhof loopt.
Weer eens een bewijs dat
de schoonheid van de natuur de fantasiewereld van boeken en films ver
overtreft!
----
Ga naar onze andere artikelen over monumenten.
Bronnen
Olde et al., 2014, A revised northern European Turonian (Upper Cretaceous) dinoflagellate cyst biostratigraphy: Integrating palynology and carbon isotope events. Review of Palaeobotany and Palynology 213.
Caracciolo et al., 2011, Sandstone petrology and mudstone geochemistry of the Peruc-Korycany Formation (Bohemian Cretaceous Basin, Czech Republic). International Geology Review 53(9): 1003-1031.
Uličný et al., 2009, Palaeodrainage systems at the basal unconformity of the Bohemian Cretaceous Basin: roles of inherited fault systems and basement lithology during the onset of basin filling. Bulletin of Geosciences, volume 84, issue 4; pages: 577 - 610
Adršpach Rocks, Gothic Gate "Entrance into the Rock Town." https://www.zemefilmu.cz/en/film-locations/10052-adrspach-rocks-gothic-gate/
Adršpašsko - teplické skály National Nature Reserve. https://www.cittadella.cz/europarc/index.php?p=index&site=NPR_adrspach_en
Foto's: Openbaar domein en Dorothea Eue (waar aangeduid).
Kaart Europa: Alexrk2 / CC BY-SA 3.0 op Wikimedia Commons.
Over de schrijfster: Dorothea Eue werkte als geoloog in Duitsland, het Verenigd Koninkrijk en België. Daarna verhuisde ze naar Brno in Tsjechië om voor Webnode te gaan werken, en nu woont ze in Bulgarije. Naast het werk is ze een fervent hardloper, offroad fietser en hiker. Ze is tevens de schrijver van het artikel over antropogene vs natuurlijke klimaatverandering.
Laatste artikelen op GondwanaTalks:
geologie van europa, Elbezandsteengebergte, geologie van narnia, poort van narnia, narnia landschap, waar ligt narnia, narnia natuur, tsjechie natuur, zandsteenformaties, Mount Ngauruhoe in Nieuw-Zeeland, Boheems Krijtbekken, Krijt tijdperk